Kadernota 2013: PvdA houdt minimabeleid in stand
De PvdA wil het minimabeleid in stand houden. Daarom diende de PvdA maandag 24 juni bij de behandeling van de Kadernota 2013 in de Haarlemse gemeenteraad samen met andere fracties twee amendementen in, die bezuinigingen op de kwijtscheldingsregeling voor minima en de garantietoeslag voor eenoudergezinnen in de bijzondere bijstand ongedaan maken.
Het gaat niet goed met de gemeentefinanciën. Opnieuw moet er komend jaar fors bezuinigd worden, bovenop de bezuinigingen van de afgelopen jaren. De PvdA ziet de noodzaak van deze bezuinigingen, maar wil niet dat dit ten koste gaat van de meest kwetsbare Haarlemmers. Wij kiezen voor eerlijk delen, de sterkste schouders moeten de zwaarste lasten dragen. Daarom maken wij de bezuinigingen op het minimabeleid ongedaan. Wij zijn er trots op dat daarmee het sociaal beleid deze raadsperiode ondanks de bezuinigingen op peil blijft.
Het College stelde voor de afvalstoffenheffing voor minima niet meer helemaal kwijt te schelden, maar slechts voor 80%. Minima zouden er hierdoor per jaar 65 euro op achteruit gaan, terwijl een gezin met een huis van een miljoen door de voorgestelde OZB-verhoging slechts 50 euro meer zou gaan betalen. Dat vinden wij niet eerlijk en daarom houden we de kwijtschelding in stand. Dat geldt ook voor de garantietoeslag voor eenoudergezinnen in de bijzondere bijstand.
Daarnaast stelt de PvdA samen met coalitiegenoten D66, GroenLinks en VVD voor om de onroerende zaakbelasting (OZB) minder te verhogen en geld te blijven sparen voor achterstallig onderhoud in de toekomst. Om dit mogelijk te maken stellen de fracties voor minder te investeren in ICT, de leges meer kostendekkend te maken, slimmer om te gaan met investeringen in riolering en vast te houden aan eerder afgesproken besparingen bij inkoop en taken. Ook dient de PvdA een amendement in om de verandering van de subsidies in het sociaal domein anders aan te pakken en hierover pas bij de begroting een besluit te nemen.
Het debat over de Kadernota gaat woensdag 26 juni verder met het antwoord van het college. Donderdag 27 juni wordt het debat afgerond met de tweede termijn en de stemmingen.